De Klop Op De Deur

Annètje Goldeweijn wordt omstreeks 1850 geboren in Amsterdam. Haar vader is een stille, teruggetrokken dokter, haar moeder is een vrolijke vrouw van het platteland. Annètje groeit op in een tijd van veranderingen. Ook na haar trouwen met Frederik Craets spelen die veran-deringen, ze worden eigenlijk steeds sterker. Deze veranderingen zijn er vooral op het gebied van emancipatie. Arbeiders en vrouwen strijden voor gelijke rechten. De socialisten zijn op komst. Deze veranderingen zijn onder andere te merken in de literatuur en andere kunstvor-men, zoals muziek en theater. Ook krijgen Annette en Frederik daarmee te maken in hun (vrij uitgebreide) vriendenkring. Wat in deze tijd ook indruk maakt, en zeker gevolgen heeft, is de oorlog in 1868 tussen Frankrijk en Duitsland, en ook de 1e Wereldoorlog. Temidden van al deze veranderingen krijgt Annette Craets krijgt 6 kinderen: Francine (Fransje), Philip, Pieter, Sophie, Frits en Henriëtte (Jetje). Deze kinderen gaan steeds meer hun eigen wegen, en raken ook steeds meer van hun ouders af te staan, wat nog meer te merken is in de kleinkinderen.
Wat we in deze roman kunnen merken is dat, ondanks de veranderingen, zaken als liefde, leven, dood (Jetje en Philip sterven beiden op vrij jonge leeftijd, maar ook verschillende vrienden en kennissen sterven) gewoon doorgaan, hetzij op een andere manier, of op een an-dere manier.